BREAKING: voetballers zijn mensen

BREAKING: voetballers zijn mensen

Steeds vaker bekruipt me het gevoel dat ik niet thuishoor in de voetballerij. Een wereld waar onvolwassen ego-gedrag, macht en geld de boventoon voert. Waar spelers als robots worden behandeld. Waar meer haat dan liefde wordt geuit. Waar mensen kapot worden gemaakt door politieke spelletjes.

Stel je voor dat je een jongen bent van 21 jaar. Je bent opgegroeid in een veilig, klein dorpje ergens op het platteland. Je grote droom is om als voetballer de absolute top te halen. Je ambitie is spelen in grote stadions, in de Champions League. Op een dag staat een grote buitenlandse club voor je op de stoep. Je hele familie is in rep en roer. Onze zoon, ons kind gaat naar het buitenland. Op het vliegveld kijk je nog een keer achterom en zie je je moeder nog snel een traan wegpinken. Dan stap je op het vliegtuig, naar je nieuwe club: je toekomst tegemoet in een vreemd land.

Een aantal dagen later. Daar sta je dan. In je eerste wedstrijd. Je hebt net twee trainingen meegedaan met je nieuwe team en je krijgt direct een basisplaats. Het team draait niet goed en ook rondom de club is het niet rustig. Je hebt echter geen idee wat er speelt. Je voelt vooral spanning voor je debuut. Hier heb je al die jaren voor gewerkt.

Je weet dat je ouders meekijken op televisie. Je vrienden stuurden berichten met hartenkreten: ‘Maak ons trots’. De druk is hoog. Je speelt niet goed. Natuurlijk niet. Je hebt geen idee van de spelconcepten, je kent je nieuwe teamgenoten nauwelijks en je spreekt de taal niet. Je voelt je als een fietser tussen de razende auto’s op een snelweg. Dan is het rust. Jullie staan achter. Kansloos. Terug in de kleedkamer krijg je de volle laag. Je wordt gewisseld. In de bus terug naar de club tuur je uit het raam.

 

Hotelkamer

En dan zit je ’s avonds op je hotelkamer. Een mens in een vreemde stad. Gedesillusioneerd. Is dit waar ik als kleine jongen van droomde? Je kijkt naar de deur en weet dat je de volgende ochtend daar doorheen moet. Het liefst vlieg je terug naar huis, maar je moet naar de club. Wat gaat er daar met je gebeuren? Zullen ze je aankijken? Krijg je weer de volle laag in het bijzijn van al je nieuwe teamgenoten? Je kijkt op tegen de nacht en zeker tegen de volgende dag.

 

Geen robots

Niet alleen professioneel, maar vooral als Daan doet zoiets een beroep op mijn medeleven. Dit is niet alleen een speler, dit is een mens. Een jongen, een kind van iemand. Ver weg maakt een moeder zich zorgen, een vader voelt boosheid om de situatie van zijn zoon. Mijn handen jeuken. Voetballers zijn geen robots, het zijn mensen. Zorg goed voor ze, dan krijg je iets terug. Vaak gebeurt het tegenovergestelde. Emotie regeert, ook bij trainers die onder druk staan van het moeten presteren. Alle ogen zijn op hem als leidinggevende gericht. Hij moet keihard ingrijpen. En dat gebeurt: wisselen. Maar wat doet zo’n situatie met een jongen? Gaat hij beter in zijn vel zitten? Gaat hij hierdoor beter presteren? Gaan we hem later opvangen, als staf en als team? Of ‘moet hij maar leren’: dit is topsport.

 

Kapitaalvernietiging

Als je spelers als nummers gaat zien, gaat het mis. Toch gebeurt dit steeds vaker. Mede door de komst van het grote geld uit Engeland en het Midden-Oosten is er steeds minder tijd voor ontwikkeling. Spelers zijn handelswaar. Ze komen per tiental en na een jaar worden ze weer doorgesluisd naar een andere club. Er moet snel aan verdiend worden. Er lijkt steeds minder tijd voor aandacht voor de menselijke kant van topsport. Niet alleen doet dit me pijn als persoon, ook vind ik deze manier van omgang met mensen een ontzettend onvolwassen manier van bedrijfsvoering. Kapitaalvernietiging door miljoenenbedrijven. Liever serveert men spelers af, streept men ze van de lijst en wijst men ze na: niet goed genoeg, niet hard genoeg voor de top.

 

Menselijk verhaal

De niet-scorende spits, de onzekere verdediger. Geen schim meer van wat ze ooit waren. Maar wat als je echt aan de slag gaat met deze jongens? Met de mens achter de speler? Kijken naar de bron van hun belemmerende gedrag in plaats van naar het zichtbare gedrag op het veld. Wat je op het veld ziet is slechts een symptoom. Daarachter zit een menselijk verhaal. Een verhaal vol onzekerheden en pijn. Geef mensen oprechte aandacht, stel je oordeel uit, luister naar hun verhaal. Pas als je echte onderlinge connectie hebt kun je hard zijn op de inhoud. Zo ontwikkel je talent. Ook nog goed voor je portemonnee.

Toch denk ik dat de ego-strijd bij veel clubs het blijft winnen van aandacht voor de mens. Veel jongens worden beschadigd. Met lood in hun schoenen gaan ze naar de club. Ze voelen zich onveilig. Ze kijken op tegen de volgende wedstijd. Bang om weer voor rotte vis te worden uitgemaakt. Ze gaan zich steeds slechter voelen en daardoor steeds slechter spelen. Het worden robots, die in interviews na de wedstrijd een riedeltje opdreunen.

En binnen en rondom clubs blijven ‘volwassen’ mannen maar doorgaan met een stoelendans om het pluche. Het systeem houdt ze in de greep. Van eigenaren, directeuren en trainers tot zaakwaarnemers en zelfs mental coaches. Allemaal hebben ze belang bij de uitkomst van het politieke spel. De aandacht is daardoor niet daar waar het hoort te zijn: bij de spelers.

 

Balanskliniek podcast

 

#protectheplayers #gedragscoaching #voetbal #topsport #mentalhealth

Terug naar blog

Reactie plaatsen